De coronacrisis treft de gemeentefinanciën van Amsterdam in het hart. Er zijn tekorten aanstaande als nooit tevoren, dit jaar al, welke het stadsbestuur dwingen tot grote ingrepen. Momenteel is nog geen precies inzicht in de gevolgen van de crisis die als de grootste buiten oorlogstijd wordt omschreven, er valt slechts globaal een oordeel op te doen, maar deze doet de schrik om het hart slaan.
De stad is volledig tot stilstand gekomen. Dit geldt ook voor de inkomsten uit de toeristenbelasting, feitelijk een pijler onder het uitgavenpatroon van de coalitie van GroenLinks, D66, PvdA en SP die per 2020 juist is verhoogd met 105 miljoen euro. De inkomsten uit de toeristenbelasting lijken te verdampen, terwijl dit als baten voor 198 miljoen euro in Begroting 2020 is opgenomen. Alleen dit tekort al is ongekend, zonder weerga. De inkomsten uit de parkeerbelasting zijn voor 2020 op bruto 306 miljoen euro begroot. Ook hier zal een aanzienlijk gat in de begroting worden geslagen. Dit jaar al. Ook de hoger ingeboekte leges zullen er anders uitzien dan verwacht.
Hier bovenop zal het Gemeentefonds, de grootste inkomstenbron van elke gemeente, niet brengen waar de coalitie op hoopte. Er lijkt gegokt op toekomstige stijging van het Gemeentefonds, er staat in dezen een bedrag in de begroting van 35 miljoen zonder dekking, maar de kans dat het Gemeentefonds daarentegen voor een zware tegenvaller zal zorgen lijkt onherroepelijk. Het Gemeentefonds stijgt en daalt mee met de uitgaven van de Rijksoverheid, en onder elk scenario verslechteren de financiën daarvan. Ook hier lijkt een tegenvaller van minimaal tientallen miljoenen structureel aanstaande.
Het stadsbestuur te Amsterdam kon altijd rekenen op bepaalde fondsen om tegenvallers op te vangen alsook om extra uitgaven te doen: de grondopbrengsten en de parkeerbaten. Maar beide fondsen zijn al te veel aangesproken, daar valt niets meer te halen, nog beter, de kans is aanzienlijk dat de grondopbrengsten zullen dalen terwijl er al uitgaven zijn ingeboekt met de inkomsten ervan, zoals de 150 miljoen voor duurzaamheid, om de stad sneller van aardgas te halen. Maar niet beperkt tot dat. Ook het renteresultaat, een technisch, soort intern, deel van de begroting, zal geen uitkomst bieden. Deze betrof vaak vele tientallen miljoenen maar daar zal dit jaar geen sprake van zijn.
Hier bovenop lijkt het zeer aannemelijk dat de uitgaven voor het sociaal domein zullen stijgen, en te bezien valt dat het kabinet dit geheel vergoedt.
Er dreigt een doemscenario voor de stadsfinanciën waar niet aan te ontkomen valt. Er zal gesneden moeten worden in de begroting, waar het college alvast een schot voor de boeg gaf. In een brief aan de gemeenteraad wordt gewaarschuwd dat de effecten van de coronacrisis op de begroting aanzienlijk zullen zijn en doorwerken op alle onderdelen. Ook schrijft het college dat een ‘fundamentele herziening van ons beleid en onze ambities’ onvermijdelijk is.
Er lijkt niet te ontkomen aan bezuinigingen van honderden miljoenen euro’s.
Nog wat techniek: het weerstandsvermogen is er om onvoorziene tegenvallers op te vangen. Deze bedraagt momenteel 365 miljoen euro, wat correspondeert met een weerstandsratio van 1,07. Deze ratio moet zich tussen de 1 en 1,4 bevinden om als gezond te worden beschouwd. De afspraak te Amsterdam is om de 1,4 na te streven, maar er is een greep gedaan door de coalitie in het weerstandsvermogen, er moet nog 20 miljoen euro toegevoegd van het renteresultaat. Dus eigenlijk, zonder die 20 miljoen euro, bevindt het weerstandsvermogen zich in het rood, onder de ratio van 1. Dit, terwijl de tegenvaller van het AEB al aanstaande was, nog verwerkt moet.
Dit weerstandsvermogen staat niet op een spaarrekening omdat het wordt ingezet ter interne financiering, wanneer aangesproken zal dit extern moeten worden geleend. Tevens zal het weerstandsvermogen daarna opnieuw aangevuld gemoeten. De schuldpositie verslechtert dus, terwijl de begroting ook verlaagd wordt.
De gemeentefinanciën zijn een complex geheel. Zoals het zich laat aanzien beperken de financiële problemen zich niet tot een tekort wegens lagere baten dan verwacht, maar het hele stelsel is in het geding.